Lever uw eigen nieuwsbericht aan
Foto: Robert Roijackers
Geef a.u.b. uw e-mailadres in, dan sturen wij u een link
waarmee u een nieuw wachtwoord kunt invoeren.
17 april 2024 Ingezonden door de Wespenstichting
Ieder jaar worden er artikelen gepubliceerd waarin gewaarschuwd wordt voor een wespenplaag of overlast van wespen. Zo kwam ook bij ons een persbericht binnen met als titel ‘Verwachting wespenoverlast 2024’. Ondanks de kop van het persbericht geeft het stuk geen antwoord op deze vraag, omdat het bedrijf dat het persbericht uitstuurde enkele verschillende uitkomsten schetst. “Dit toont dan ook aan dat het onmogelijk is om te voorspellen hoe succesvol wespen in een bepaald jaar zullen zijn”, zegt woordvoerder Nathan Veenstra van de Wespenstichting.
“Overlast van wespen laat zich niet voorspellen, omdat het niet alleen afhankelijk is van het aantal koninginnen dat de winter overleeft, en daarna slaagt in het stichten van een nest”, aldus Veenstra. “Zoals in het artikel ook te lezen is, is het slagen van een wespennest afhankelijk van factoren, waaronder het weer. Overlast van een eventueel wespennest is daarnaast een kwestie van allerlei zaken, zoals beschikbaarheid van voedsel in de directe omgeving. Op één vierkante kilometer bevinden zich ‘s zomers al gauw meer dan honderd wespennesten; bedenk dan eens hoe vaak je overlast hebt ervaren van wespennesten in je buurt.”
In het artikel wordt gesteld dat wespenkoninginnen bij veel regen op zoek gaan naar beschutte plekjes om hun wespennest te bouwen. “Niet het weer, maar de wespensoort is bepalend voor de locatie van een wespennest. Zo zoeken de Duitse wesp en de gewone wesp donkere, holle ruimtes op, net als trouwens de Europese hoornaar en de Saksische wesp. Dit zou je ook ‘beschutte plekjes’ kunnen noemen.
De middelste wesp maakt juist nesten in de buitenlucht, zoals in struiken of onder buitenlampen. Ook de bergveldwesp maakt gewoon nesten in de buitenlucht”, vervolgt Veenstra.
“Het valt ons op dat plaagdierbeheersers jaarlijks ronkende persberichten uitsturen om mensen alert te maken op wespen. En met succes, zo blijkt uit het indrukwekkende aantal van 17.500 meldingen in 2023 dat Merijn Janssen noemt, dat het jaar daarvoor zelfs twee keer zoveel was. En dat terwijl wespennesten vaak helemaal niet hoeven worden bestreden”, aldus de Wespenstichting.
Het moment waarop mensen een wespennest ontdekken is vaak wanneer het nest op volle sterkte is, in juli of augustus. Op dat moment is het nest er al zo’n drie maanden zonder dat het enige overlast of gevaar heeft opgeleverd. Mensen die een overlastgevend wespennest in of rond het huis vinden, kunnen beter kiezen voor een natuur- en diervriendelijke oplossing.
Wespenconsulenten van de Wespenstichting geven gratis adviezen en kiezen voor natuur- en diervriendelijke oplossingen, zoals eventueel het verplaatsen van nesten.
Het advies om eigenhandig beginnende wespennestjes te verwijderen is iets wat de Wespenstichting sterk afraadt. “Als de koningin op het nest zit, of net terugkomt naar haar nest, loop je het risico gestoken te worden. En niet ieder embryonestje slaagt daadwerkelijk, dus laat het eerst zitten en wanneer het dan toch groter wordt, schakel dan een wespenconsulent in voor advies", raadt Veenstra de lezer aan. “We krijgen daarnaast ieder voorjaar weer veel meldingen van jonge wespennesten, waarvan het grootste deel bij nader onderzoek verlaten nestjes van een vorig jaar blijkt te zijn.”
Hoewel we wespen in de zomer vaak als lastig ervaren, zijn het heel nuttige diertjes. Ze vangen vele kilo’s aan insecten per jaar, waaronder vliegen en dazen. Zo voorkomen ze dat deze insecten plagen worden, en zijn daarmee dus natuurlijke ongediertebestrijders. En ze bestuiven ook planten en bloemen, net als bijen en hommels, maar wel andere planten en bloemen, waardoor ze een belangrijke bijdrage leveren aan de biodiversiteit. Mede om dit meer onder de aandacht te brengen, is 2024 dan ook uitgeroepen tot het ‘Jaar van de wesp’.
De enige twee wespen waar we in de zomer overlast van ervaren zijn de limonadewespen. Deze verzamelnaam krijgen de Duitse wesp en de gewone wesp omdat zij op onze zoetigheid afkomen wanneer er minder larven zijn die hen voorzien van het zoet, terwijl het nest wel op volle sterkte is.
Deze houd je zelf op afstand door op een plek in je tuin een buffetje aan te maken met bijvoorbeeld fruitresten (ze zijn gek op overrijp fruit), eventueel aangevuld met suikerwater, jam of honing. Houd het wel aangevuld, anders komen ze alsnog de zoetigheid bij jou zoeken. Aanvullen kan het best ’s avonds, omdat wespen slecht zien in het donker en dan dus niet vliegen.