De kat van Meersel-Dreef

03 januari 2024     Tekst: Piet Nuijten

 

Eens in de maand rij ik op een van mijn vele fietstochten naar Meersel-Dreef. Niet om in een van de vele café ’s een pint te gaan drinken. Het jachthuis, den But en de Dreef zien er allemaal uitnodigend uit, vooral als de zon schijnt.

 

Het dorp

Op deze droge maar sombere dag in december ligt het dorp er uitgestorven bij. Geen fietsen bij de lege terrassen, en het frietkot is gesloten. Je kunt hier alleen in het weekend je Belgische vette hap met de befaamde, eveneens Belgische, mayonaise komen nuttigen.

Is het eigenlijk nog wel die veel gewaardeerde Vlaamse lekkernij? Heel veel jaren zag ik daar die Belgische madam met haar man de lekkernij in de puntzak over de toonbank serveren. Hij kende al zijn klanten, keek ze aan en knikte terwijl hij de pas gebakken verse friet in de zinken bak opschudde. Opeens waren zij er niet meer en stonden een Hollandse mijnheer en mevrouw mijn bestelling klaar te maken. Bij navraag bleek dat de befaamde Bredase friettent Christ de zaken had overgenomen.

 

De kat bij de grot

Mijn maandelijks doel ligt iets verder: het prachtige park tegenover het Franciscanerklooster. Dit park is een bron van stilte in de natuur, met wandelpaden en vele historische beelden. Enkele jaren terug zag ik een pater er een natuurlabyrint aanleggen dat inmiddels in de zomer een bloemenpracht is. Mijn maandelijks doel is echter de veel bezochte Mariagrot. Wanneer ik bijna bij de grot ben, komt mijn vaste gezelschap me al tegemoet. Ze loopt me voor mijn voeten, kijkt me verlangend aan en knort van verlangen.

Daar is ze weer: de kat van Meersel-Dreef, maar vooral van de Mariagrot in het park. Wanneer ik mijn maandelijks kerske heb opgestoken en nog even op een bank zit te mijmeren, is ze daar nog steeds. Ze springt op de bank, gaat naast mij zitten en begint te spinnen in volle verwachting of ik haar zal aaien. Als ik opsta om te vertrekken blijft ze zitten en kijkt alsof ze wil zeggen: “Awel meneer, gaode gij nao al?”
Wanneer ik nog eens omkijk zie ik dat ze weer een ander “slachtoffer “heeft gevonden. Ik heb altijd gedacht dat een kat trouwer zou zijn en niet zo snel vreemdging.
Als ik het park uitloop, staan aan de overkant van de straat de deuren van de paterskerk wijd open. Ook hier is het stil deze middag. Anders is het op zondagochtend. Veel van mijn Ulvenhoutse dorpsgenoten gaan dan hier naar de kerk.


De spreuk 'In andermans tuin is het gras altijd groener' berust ook hier op waarheid.
Mijn raad is: ga ook eens een “kerske “ aansteken bij de grot. Misschien kom je de kat van Meersel-Dreef wel tegen.

 

Peer van ’t Gatbroek 

 

 

 

Terug Schrijf reactie

^ Naar boven