Kerst 1944

20 december 2022     Tekst: Piet Nuijten - Foto: Ingrid Bothe

 

Het was 28 oktober 1944, vroeg in de ochtend. De bij ons op de Hondsdonk ingekwartierde Duitse soldaten vertrokken met spoed. Vanuit Chaam kwamen berichten dat de Engelse bevrijders in aantocht waren. Weken had het front stil gelegen bij Baarle-Nassau. "Zou het nu eindelijk gebeuren?", was de veel gestelde vraag.

 

Werkelijk op die zaterdagmiddag kwamen de eerste tanks over de Chaamseweg voorbij de Hondsdonk. Heel de buurt stormde naar de weg om de bevrijders te zien. Op de tanks stonden met krijt groeten geschreven uit Chaam en Baarle. De kinderen kregen chocolade toegeworpen vanuit de tanks. En ik zag mijn vader een echte Engelse sigaret opsteken.

 

Die middag ging de aanval op Ulvenhout niet door en werd op Cauwelaer gestopt om de volgende morgen Ulvenhout te bevrijden. Die ochtend sneuvelde een Ierse soldaat op den Berg bij Cauwelaer. Jaren werd aangenomen dat het Frederik Kelly was en er werd zelfs een weg naar hem genoemd. Na onderzoek bleek jaren later dat zijn echte naam Anthony Flanaghan was. Hij ligt begraven in het graf van oorlogsslachtoffers op het kerkhof in Ulvenhout.

 

Kort nadat we bevrijd waren, werden bij ons op de Hondsdonk Engelse soldaten ingekwartierd. De avonden brachten zij meestal door bij ons in de warme huiskamer. Mijn moeder verwende ze dan met gebakken aardappels en zij trakteerden ons op wittebrood met cornedbeef. Er groeide een hechte band met deze soldaten. Er waren ook getrouwde mannen bij die heel erg naar huis verlangden.

 

Het was een vrij strenge winter toen Kerstmis 1944 naderde. Een week voor Kerstmis werden alle militairen die bij ons gelegerd waren naar de Ardennen gestuurd. Bij hun afscheid vroegen ze aan mijn moeder of ze voor hen wilde bidden dat ze weer behouden terug zouden komen. Duitsland wilde een doorbraak door de Ardennen forceren om zo Antwerpen te bereiken. Het Ardennenoffensief was de laatste stuiptrekking van de Duitsers. Er werd hard gevochten, vooral in en rond Bastogne.

 

Onze eerste Kerstmis na de bevrijding was er toch een bedrukte stemming. Zouden “onze” soldaten heelhuids terugkeren? Begin februari 1945 kwamen ze allemaal terug. Zonder verwondingen, maar met veel verhalen over die verschrikkelijke weken in de besneeuwde Ardennen. Mijn moeder kreeg veel dank voor haar gebeden tijdens hun afwezigheid. Een van hen, de kleinste van de groep, was een Joodse jongen van 22 jaar. Hij had een bijzonder verhaal.

 

Tijdens de Kerstdagen laaide het gevecht na een kort staakt-het-vuren weer fel op. Hij liep tussen de brokstukken van stukgeschoten huizen in Bastogne. Een granaat sloeg vlakbij in en er viel iets zilverachtigs voor zijn voeten. Zonder erbij na te denken had hij het opgeraapt en in zijn zak gestopt. Veel later had hij ontdekt wat het was: een medaillon van Maria. Toen haalde hij een in krantenpapier gewikkeld pakje uit zijn achterzak en gaf het aan mijn moeder. “Met dank voor alle goede zorgen en uw geloof,” zei hij. Het medaillon met de tekst “Virgo Virginum”, Maagd der Maagden, bewaar ik nog steeds als een kostbaar kleinood.

 

Fijne Kerstdagen,

 

Peer van ‘t Gatbroek

Terug Schrijf reactie

^ Naar boven